Dag liefste gbk’ers
Alweer een nieuwe dag, dat betekent alweer een nieuwe domme schacht! En vandaag is het mijn beurt. Ik zou het met jullie graag hebben over de bloemetjes en de bijtjes! Ouh lala… Laten we niet wachten en er meteen in vliegen!
Voor al die viezeriken hier, het gaat niet over die bloemetjes en bijtjes. We hebben het hier namelijk over de Lamium album en over het geslacht Bombus behorend tot de Apidae. Ik besef dat de witte dovenetel misschien niet de meest sexy plant is en dat ook cute hommels misschien niet de meest BIJ-zondere (hahaha) beestjes in het dierenrijk zijn, maar toch verdienen ze jullie aandacht! En zeker als we ze in combinatie tegenkomen.


In quarantaine doet een mens al eens vreemde dingen, in mijn geval herbariumplantjes zoeken in plaats van studeren (onder het motto: uitstelgedrag is geen uitstelgedrag als je met je uitstelgedrag uitstelgedrag uitstelt). Het viel mij op dat er echt enorm veel, maar dan echt enorm veel witte dovenetels in mijn tuin staan. Nadat ik een mooi herbariumexemplaar had uitgekozen, ging ik op onderzoek.

Volgens wikipedia helpt het sap van de dovenetel om de pijn van de steek van een brandnetel te verminderen… Handig! Ze gedijen goed in stikstofrijke bodems. Ook kunnen ze blijkbaar tot 1,5m hoog worden! Om wat perspectief te verschaffen, die netel wordt bijna groter dan ikzelf. Is hier ook goed nieuws te melden? Ja! Elke plek waar een dovenetel staat, daar staat geen brandnetel! Maar wat nog beter is, deze planten worden bestoven door hommels!
Ik stond op het punt om naar binnen te gaan met mijn herbariumvondsten toen ik plots een bzzzzz-geluid hoorde. Ik keek rond en plots zag ik hem, de held van ons verhaal! Een hommel! We weten allemaal dat hommels schattige beesten zijn, maar ik had nooit gedacht dat je dit uit hun naam zou kunnen afleiden. De wetenschapper die voor hen de naam Bombus uitkoos, is een echte visionair. Het is echt wel de perfecte naam voor kleine wollige bij-achtige wezentjes waarop de wetten van de fysica geen vat lijken te hebben. Kan iemand me nog eens uitleggen hoe het in godsnaam mogelijk is dat deze niet aerodynamische diertjes zich toch al vliegend door het luchtruim kunnen verplaatsen? Bij wijze van eerbetoon, doopte ik de toen nog naamloze hommel Bombus. En plots vloog hij nog vrolijker boven het grasland!

Bombus de hommel, enjoying his meal
Het spijt me dit te moeten melden, maar als domme schacht was ik nog niet op de hoogte van het feit dat de hommel niet één ondersoort van de Apidae (superfamilie der bijachtigen) is, maar een geslacht waar nog meer hommelsoorten toe behoren. Dit gezegd zijnde, hommels zijn blijkbaar niet de meest makkelijke beestjes om te identificeren. De aardhommels (Bombus terrestris) zijn de meest voorkomende in onze streken, maar er komen nog zeer veel andere soorten voor, die ook nog eens allemaal op elkaar lijken. Een greep uit het aanbod: weidehommel, wilgenhommel, veldhommel, koekoekshommel,… Voor ik dit doorhad was de vogel, euhm hommel, al weer gaan vliegen en had ik de kans niet om hem beter te specifiëren. Ik zal hem dus gewoon hommel noemen, mensen met betere determinatieskills mogen me altijd opbellen en Bombus zijn echte soortnaam meedelen.

Hoe meer bloemetjes, hoe meer bijtjes en dat is nooit een slecht idee! De paarse dovenetel voelde zich wat genegeerd, aangezien zijn grotere broer uit de lipbloemenfamilie in deze post met alle aandacht gaat lopen. Ook de Lamium purpureum heeft een goede relatie met onze hommels, gedijt in ongeveer dezelfde omstandigheden en kan ook helpen tegen de pijn van een brandnetel. Maar hij blijft ten minste klein en schattig. Daarom ook nog een fotootje van de schattige paarse dovenetel om deze blog mee af te sluiten.
Groetjes van nog een domme schacht
Xoxo Merel